3.1. Wie komt in aanmerking voor het mobiliteitsbudget?

Alle werknemers die in het kader van het loonsysteem dat van toepassing is bij hun werkgever over een bedrijfswagen beschikken of ervoor in aanmerking komen, komen in aanmerking voor het mobiliteitsbudget, voor zover hun bedrijfswagen niet is uitgesloten van het mobiliteitsbudget (zie ook de vraag "Komen alle bedrijfswagens in aanmerking voor omzetting naar een mobiliteitsbudget?").

Personen die arbeid verrichten onder gezag, zonder verbonden te zijn door een arbeidsovereenkomst, worden gelijkgesteld met werknemers. Het mobiliteitsbudget kan dus ook in de publieke sector worden toegepast, zowel voor de contractuele als statutaire personeelsleden.

Zelfstandige bedrijfsleiders kunnen niet instappen in het systeem van het mobiliteitsbudget.

Een werknemer die binnen dezelfde onderneming ook bedrijfsleider is, kan enkel instappen in het systeem van het mobiliteitsbudget wanneer hij als werknemer over een bedrijfswagen beschikt of ervoor in aanmerking komt. Het speelt daarbij geen rol dat de bezoldigingen op fiscaal vlak eventueel als bezoldigingen van bedrijfsleiders worden gekwalificeerd.

3.2. Wat is het verschil tussen “over een bedrijfswagen beschikken” en “ervoor in aanmerking komen”?

Over een bedrijfswagen beschikken betekent dat de werknemer geniet van het gebruik van een bedrijfswagen.

In aanmerking komen voor een bedrijfswagen betekent dat de werknemer wel recht heeft op een bedrijfswagen, maar afziet van het gebruik van die bedrijfswagen.

Dat laatste kan onder meer voorkomen in de volgende gevallen:

  • de werknemer heeft geen rijbewijs;
  • de werknemer kiest voor het gebruik van openbaar vervoer;
  • de werknemer heeft thuis geen parkeerplaats.
     

3.3. Geldt het mobiliteitsbudget onvoorwaardelijk voor alle werknemers?

Neen.

De werkgever kan het mobiliteitsbudget invoeren voor de hele onderneming, voor een bepaalde afdeling of voor bepaalde categorieën van werknemers.

De werkgever kan dus voorwaarden koppelen aan de invoering van het mobiliteitsbudget en beslissen welke werknemers en welke bedrijfswagens wanneer in aanmerking komen voor de toekenning ervan.

De werkgever moet de voorwaarden ten laatste bij de invoering van het mobiliteitsbudget communiceren aan alle werknemers.

Een eventueel onderscheid tussen werknemers moet uiteraard geoorloofd zijn. Zo is een onderscheid op basis van de uitgeoefende functie toegelaten, een onderscheid op basis van gender niet.

De beslissing van de werkgever om het mobiliteitsbudget in te voeren en de voorwaarden die hij hieraan verbindt, vormen samen het aanbod dat de werkgever moet bekendmaken aan alle werknemers.

3.4. Kan een werkgever het mobiliteitsbudget beperken tot werknemers die geen milieuvriendelijke bedrijfswagen in pijler 1 kiezen?

Neen.

Het is wel mogelijk om het mobiliteitsbudget in te voeren voor de hele onderneming, voor een bepaalde afdeling of voor bepaalde categorieën van werknemers, en om hier voorwaarden aan te koppelen (zie ook de vraag “Geldt het mobiliteitsbudget onvoorwaardelijk voor alle werknemers?”).

Zo kan de werkgever ervoor kiezen om geen milieuvriendelijke wagens in pijler 1 aan te bieden (zie ook de vraag “Moet de werkgever milieuvriendelijke wagens in pijler 1 aanbieden?”).
 

3.5. Is een werknemer verplicht om in het systeem te stappen?

Neen.

Wanneer de werknemer hoort bij de categorie van werknemers die kunnen instappen in het mobiliteitsbudget, is de werknemer vrij om te beslissen om al dan niet in te gaan op dit aanbod.

Een werknemer kan dus nooit verplicht worden om zijn (recht op een) bedrijfswagen in te ruilen voor een mobiliteitsbudget.

3.6. Kan elke werknemer instappen in het mobiliteitsbudget?

Neen.

De werkgever kan enkel een mobiliteitsbudget toekennen aan werknemers die al over een bedrijfswagen beschikken of ervoor in aanmerking komen.

Werknemer beschikt al over een bedrijfswagen

Een werknemer die al beschikt over een bedrijfswagen, komt in aanmerking voor de toekenning van een mobiliteitsbudget, ongeacht de basis waarop die wagen werd toegekend, behalve in geval van een zogenaamde "salary sacrifice" (zie ook de vraag "Komen alle bedrijfswagens in aanmerking voor omzetting naar een mobiliteitsbudget?").

Werknemer komt in aanmerking voor een bedrijfswagen

De werknemers die nog niet beschikken over een bedrijfswagen maar wel deel uitmaken van een functiecategorie waarvoor het bedrijfswagenbeleid van de werkgever in een bedrijfswagen voorziet, komen ook in aanmerking voor de toekenning van een mobiliteitsbudget.

Het bedrijfswagenbeleid wordt gedefinieerd als de door de werkgever vastgelegde voorschriften met betrekking tot de toekenningsvoorwaarden en het gebruik van de bedrijfswagen. Denk bijvoorbeeld aan de bedrijfswagenpolicy.

Let op! Wanneer het bedrijfswagenbeleid niet voorziet in een bedrijfswagen op basis van een functiecategorie maar op basis van andere criteria (bv. anciënniteit), gaat het om een bedrijfswagen die individueel wordt toegekend. Het recht op zo’n bedrijfswagen komt dan niet in aanmerking voor omzetting naar een mobiliteitsbudget.

Wanneer het bedrijfswagenbeleid voorziet in een bedrijfswagen op basis van een combinatie van beide elementen (functiecategorie én andere criteria, vb. anciënniteit), gaat het niet langer om een bedrijfswagen die individueel wordt toegekend en komt het recht op een bedrijfswagen wél in aanmerking voor omzetting naar een mobiliteitsbudget.

Het “in aanmerking komen voor een bedrijfswagen” moet duidelijk door de werkgever worden gedocumenteerd, om controle mogelijk te maken.

Aangepast - 3.7. Een werknemer heeft een eigen wagen en komt in aanmerking voor een mobiliteitsbudget. Kan hij instappen in het mobiliteitsbudget en tegelijk zijn eigen wagen behouden?

Ja.

Het behoud van een eigen wagen vormt geen beletsel voor de instap in het mobiliteitsbudget.

De werknemer moet enkel al over een bedrijfswagen beschikken of ervoor in aanmerking komen bij zijn werkgever (zie ook de vraag “Kan elke werknemer instappen in het mobiliteitsbudget?”).

Aangepast - 3.8. Kan elke werknemer onmiddellijk instappen in het mobiliteitsbudget?

Vanaf 01.01.2022 is de voorwaarde dat de werknemer een wachttijd moet doorlopen vooraleer hij een aanvraag kan richten aan zijn werkgever om de bedrijfswagen waarover hij beschikt (of waarvoor hij volgens het bedrijfswagenbeleid in aanmerking komt) om te ruilen voor een mobiliteitsbudget, opgeheven.

Die voorwaarde hield in dat hij:

  • Op het moment van de aanvraag minstens 3 maanden ononderbroken over een bedrijfswagen moest beschikken (of in aanmerking kwam voor een bedrijfswagen) bij de huidige werkgever, en

  • In de 36 maanden voorafgaand aan de aanvraag, minstens 12 maanden over een bedrijfswagen beschikte (of in aanmerking kwam voor een bedrijfswagen) bij de huidige werkgever.

Deze afschaffing biedt het voordeel dat de in aanmerking komende werknemers meteen een mobiliteitsbudget kunnen aanvragen van zodra ze hiervoor in aanmerking komen. Ze moeten dus geen wachttijd meer doorlopen.

Voor de mobiliteit biedt deze afschaffing het voordeel dat de werknemers die in aanmerking komen voor het mobiliteitsbudget niet langer gedurende minstens 1 jaar met die wagen moeten rondrijden, met een negatieve impact op het milieu en verkeerscongestie, enz. tot gevolg, alvorens ze die kunnen omruilen voor een mobiliteitsbudget dat een duurzaam alternatief voor de bedrijfswagen vormt. Werknemers hadden in de praktijk ook de keuze om geen bedrijfswagen te nemen tijdens de wachtperiode. Werkgevers konden hen dan een compensatie geven voor het niet-uitoefenen van het recht op die bedrijfswagen. Van zodra de werknemer effectief over een mobiliteitsbudget beschikt, moet de werkgever die compensatie wel stopzetten (zie ook de vraag “Een werknemer had recht op een bedrijfswagen, maar heeft dit recht nooit uitgeoefend. Als compensatie ontving hij maandelijks een bruto premie. Komt hij daardoor niet meer in aanmerking voor een mobiliteitsbudget?”).Ook dat is vanaf 01.01.2022 verleden tijd.

Aangepast - 3.9. Een werknemer verandert van functie bij zijn werkgever en komt in aanmerking voor een bedrijfswagen. Kan hij onmiddellijk instappen in het mobiliteitsbudget?

Ja.

Werknemers die door een functieverandering of een promotie recht hebben op een bedrijfswagen kunnen vanaf 01.01.2022 meteen een mobiliteitsbudget aanvragen. Ze moeten geen wachttijd meer doorlopen (zie ook de vraag “Kan elke werknemer onmiddellijk instappen in het mobiliteitsbudget?”).

3.10. Kunnen bedrijfswagens die door meerdere personen worden gebruikt, ook worden ingeruild voor een mobiliteitsbudget?

Neen.

Het concept van het mobiliteitsbudget houdt in dat een werknemer beschikt over een bedrijfswagen of over een recht op een bedrijfswagen en dat de werknemer volledig autonoom kan beslissen om die bedrijfswagen of dat recht in te ruilen voor een mobiliteitsbudget.

Als een werknemer gebruik maakt van een bedrijfswagen die door meerdere personen wordt gebruikt (zgn. poolwagen), dan beschikt hij niet over die vereiste autonomie.

Bijgevolg komen poolwagens niet in aanmerking voor omzetting naar een mobiliteitsbudget.